Zo bepaal je de juiste kleuren voor in huis
Een mooi interieur draait niet alleen om meubels of accessoires, maar vooral om kleur. Toch is dat precies wat veel mensen lastig vinden. Vaak kiezen mensen dan veilig: wit, beige of zwart. Maar het kan veel kleurijker zonder dat het oogt als een bij elkaar geraapt zooitje.
Wat is de 60-30-10 regel?
De meest gebruikte richtlijn in de interieurwereld is de 60-30-10 regel. De 60-30-10-regel is een eenvoudige manier om een ruimte harmonieus in te richten. De hoofdkleur laat je ongeveer 60% van het interieur bepalen, de tweede kleur neemt zo’n 30% voor zijn rekening en het laatste, het accent, gebruik je voor de resterende 10%. Zo krijg je een mooie basis met een finishing touch.
Dus:
60% basiskleur: dit is de dominante kleur in de ruimte. Dit zijn vaak de muren, grote meubels en vloeren. Denk aan beige, taupe, wit, zand of een zachte grijstint.
30% secundaire kleur: deze mag iets meer karakter hebben. Bijvoorbeeld de kleur van gordijnen, een kleed of een kast.
10% accentkleur: dit is waar je durft. Kussens, kunstbloemen, kaarsen of accessoires die nét wat pit geven.
Deze regel is uiteraard een richtlijn, geen wet. Want uiteindelijk draait het om smaak en als jij je gelukkig voelt in je huis, dan is het doel bereikt.
Wat is ton sur ton?
De ideale oplossing voor mensen met keuzestress. Bij ton sur ton (letterlijk “toon op toon”) kies je namelijk één kleur die je in verschillende tinten doorvoert in je interieur. Denk aan licht, medium en donker van dezelfde kleur. Je hoeft dan nooit meer te twijfelen tussen dat leuke paarse dienblad of dat mooie roze schaaltje.
Bij ton-sur-ton combineer je bijvoorbeeld een zachte zandkleur op de muur met een taupe bank en donkerbruine accessoires. Of je kiest voor een licht saliegroene wand, olijfgroene gordijnen en donkergroene kussens. Zo ontstaat er warmte, eenheid en rust in je interieur. En mocht je later toch een andere kleur willen toevoegen, dan kun je eenvoudig een accentkleur toevoegen.
Hoe bepaal je wat jouw basis en accentkleuren zijn?
Begin bij de grote objecten in huis: muren, vloeren, meubels. Die vormen de basis. Kijk daarna naar wat je kunt wisselen per seizoen of stemming: kussens, plaids, kaarsen, bloemen, vazen. Daar zit je accentkleur. Bijvoorbeeld: heb je beige muren en een zandkleurige bank (basis), voeg dan bijvoorbeeld oranje kunstbloemen, kussens en kandelaren toe (accent). In de zomer wissel je ze om voor zachtroze of lila tinten. Zo lijkt je interieur steeds vernieuwd, zonder dat je ook maar één muur hoeft te schilderen.
Kleurpsychologie: welke kleur kies je?
Kleurpsychologie is een vak apart, maar één ding is zeker: Kleur doet veel meer dan alleen een muur vullen. Het zet de toon, bepaalt de sfeer en heeft invloed op hoe jij en je gasten zich voelen.
Rust en ontspanning
Wil je dat een ruimte kalm en uitnodigend voelt? Kies dan voor koele en zachte tinten zoals lichtblauw, saliegroen, zand of warm wit. Deze kleuren roepen een gevoel van ruimte en sereniteit op. Perfect voor een slaapkamer, woonkamer of werkplek waar je tot rust wilt komen.
Energie en gezelligheid
Heb je een kamer waar je juist creativiteit en beweging wilt stimuleren, zoals een keuken of speelkamer? Dan werken warme, energieke kleuren goed: okergeel, oranje of een vleugje rood. Ze geven een vriendelijke, sociale en actieve uitstraling.
Luxe en warmte
Wil je dat jouw interieur een hotel-chic gevoel krijgt? Ga voor diepe, rijke tinten zoals donkerblauw, donkergroen, bordeaux of een vleugje goud/brons. In combinatie met zachte materialen oogt het direct stijlvol en verfijnd.
Fris en modern
Voor een strakke, eigentijdse look werken neutrale basiskleuren zoals wit, grijs en greige goed. Voeg er één uitgesproken accentkleur aan toe, bijvoorbeeld zwart, staalblauw of smaragdgroen en je krijgt een krachtig, maar rustig geheel.
Kleurschema: stapje voor stapje
Een goed kleurenschema voelt vanzelfsprekend aan. Alsof het altijd al zo hoorde. En het leuke? Je kunt het in kleine stappen bereiken. Zorg voor een solide basis, één duidelijke basis tint. Voeg hier jouw accentkleur aan toe. Spaar deze eventueel bij elkaar. Stel je kiest groen en ziet een paar mooie kaarsen in de winkel, doen! Volgende maand een mooi plaid in groen, doen! En natuurlijk bij mij een mooie groene vaas met bijpassend boeket samenstellen ;-).
En onthoud: het gaat erom wat jij mooi vindt. Dus ga niet voor wat “hoort”, maar voor wat jij er mooi vindt uitzien.